Amerikanen houden zoals bekend wel van een beetje dodelijk speelgoed, en de nieuwste rage past helemaal in dat plaatje: vlammenwerpers vliegen de winkel uit. Volkomen legaal, voorlopig althans.

Er zijn nu twee bedrijven in Amerika die vlammenwerpers verkopen voor het grote publiek, schrijft Ars Technica. Geen wonder dat de eerste burgemeester zich al heeft gemeld met een oproep om het gebruik van de vlammenwerpers aan banden te leggen. En geen wonder dat door die oproep de dingen als warme broodjes over de toonbank gaan.

Begonnen op IndieGoGo

Chris Byars van Ion Productions Team verkoopt een vlammenwerper van 900 dollar per stuk. Zijn 150.000 dollar aan startkapitaal haalde hij op via IndieGoGo. Sinds de discussie over een verbod op de vlammenwerpers losbarstte vliegen de apparaten zijn magazijn uit, vertelt hij aan Ars Technica.

Byars haakt makkelijk aan bij de discussie over vuurwapenbezit in Amerika. “Ik ben een groot voorstander van persoonlijke vrijheid en persoonlijke verantwoordelijkheid”, zegt hij dan ook. Zijn product maakt steekvlammen van wel zeven meter. Op een vol tankje kun je 35 seconden vlammen. “Het maakt niet uit wat je in eigendom hebt, als je het maar verantwoordelijk gebruikt.” Niet vuurspuwen in de richting van het konijnenhok van de buren, dus.

De vuurmond van concurrent XMatter kost 1600 dollar per stuk. Daarvoor kun je ook dubbel zo ver spuwen.

Geen wetgeving

Amerika zou Amerika niet zijn als de levensgevaarlijke krengen niet volkomen legaal waren. Er is geen regelgeving die de verkoop, de fabricage, het bezit of het gebruik van vlammenwerpers aan banden legt. Volgens de wet gelden ze namelijk niet als vuurwapens. Alleen in de staat Maryland zijn ze verboden, en in de staat Californië heb je er een vergunning voor nodig.

Maker Byars noemt vlammenwerpers "awesome", maar burgemeester Jim Fouts van de stad Warren in de staat Michigan is niet overtuigd. Hij ijvert voor een verbod. "Als ons eigen leger ze al niet gebruikt en ze in strijd zijn met de Conventie van Genève, waarom zouden ze dan beschikbaar moeten zijn voor het publiek?" vraagt de burgervader zich huiverend af.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl